Bloembollen in huis

Hyacinten, vroege enkele en dubbele tulpen, narcissen, grootbloemige crocussen, dwergirissen, scilla’s en chionodoxa’s zijn geschikte bollen om in september en oktober in bakjes te planten. Ze bloeien vanaf half december. Speciaal geprepareerde bollen komen vroeger in bloei.

Doe een laag potgrond in een bakje. Plant de bollen zo dicht mogelijk bij elkaar; ze mogen elkaar raken. Vul de tussenruimten op met potgrond. Van grote bollen mogen de neuzen boven de grond uitsteken, maar dek alle andere goed af. De oppervlakte van de grond moet een flink eindje onder de rand van het bakje blijven.

Zet de bakken op een koele (ca. 9″C), donkere plaats weg. U kunt ze ook in de tuin ingraven op een diepte van minstens 15 cm of met een dikke laag turfmolm en zwart plastic afdekken. Deze periode in het donker is nodig om later goede bloemstengels te krijgen. Controleer om de 2-3 weken of de weggezette bakken niet te droog zijn geworden. Was de grond goed vochtig gemaakt, dan is watertoevoeging meestal niet nodig.

Steken de blaadjes 2½ – 5 cm boven de grond, dan kunt u de bakjes in een koele kas of vensterbank zetten. Als de bladeren ca. 10 cm lang zijn mag de temperatuur geleidelijk naar 18.C stijgen, waarna de bloemen verschijnen.

Verwijder uitgebloeide bloemen, maar laat bladeren en stelen op een koele (4TC), plaats afsterven. Houd de bakjes nat. In maart of april kunt u de bollen met de worteigrond in de tuin planten, waar ze nog jaren kunnen bloeien. Geforceerde bollen kunnen binnenshuis zelden opnieuw tot bloei worden gebracht. Hyacinten en tulpen kunt u na de bloei beter weggooien.