Ganzen

Deze watervogel is minder aan het water gebonden dan bijvoorbeeld de eend. De grauwe gans is de voorouder van de tamme gans. Lengte: 85 cm; oranje snavel. Broedt in Noord en Oost-Europa; hoofdkleur: grijsbruin; doortrekker in ons land. De kolgans heeft een wit voorhoofd  zwarte strepen op de buik; lengte: 70 cm; zij broedt in Siberië en over wintert in West-Europa; ook talrijk in ons land.

De dwerggans lijkt op de kolgans, maar is kleiner; zeldzame wintergast in ons land.

De rietgans is een vrij talrijk voorkomende wintergast; lengte: 80 cm; snavel: geel met zwart; kop en hals zijn donkerder dan bij andere ganzen; broedt in Noord-Europa en Siberië.

De kleine rietgans wordt soms verward met de grauwe gans, maar is kleiner; zwarte snavel met rode band; broedt op Ijsland en Groenland; zeldzame wintergast in ons land; lengte: 73 cm. De rotgans is de kleinste van de zwarte ganzen; ze heeft een lichte buik en stuit; broedt in Siberië en is wintergast in ons land; lengte: 60 cm. De brandgans heeft een wit «gezicht., en een zwarte hals; rug en borst zwart met wit; onderzijde wit; snavel en poten zwart; broedt in Groenland en Nova Zembla; in ons land een onregelmatige wintergast; lengte: 62 cm.