Voor een smakelijke omelet hebt u nodig:
– 4 eieren,
– 1 eetlepel melk of bouillon,
– 10 g boter,
– zout,
– peper,
– 1 eetepel. geknipte bieslook.
Breek de eieren in een kom en klop ze met de garde goed los, maar niet schuimig. Klop er dan de melk of bouillon, zout, peper en bieslook door. Laat in een grote koekepan de boter op matig vuur uitsmelten en doe het eimengsel in de pan. Haal telkens met een pannekoekmes, of eventueel met een vork, het vast geworden deel van de panbodem los en laat dan het nog vloeibare eimengsel op het vrijgekomen deel van de bodem lopen. Keer, als u dat wilt, de omelet om en bak hem nog even aan de andere kant. Vouw de omelet ten slotte in de pan dubbel en serveer hem warm.
Variaties: de smaak kunt u eindeloos variëren door verschillende ingrediënten aan het eimengsel toe te voegen. Bijvoorbeeld fijngesneden ham, bacon, spek, andere vleeswaren; kaas, geraspt of in kleine blokjes; gemengde, fijngehakte verse tuinkruiden; plakjes tomaat, champignons of paprikasnippers.
Omelette Normande
Dat de omelet niet typisch Nederlands is, willen we aantonen door het recept te geven van een Franse variant.
U hebt nodig:
– 4 eieren,.
– 40 g boter,
– zure appelen (in stukjes gesneden),
– eetl. melk,
– zout,
– eetl. suiker,
– kaneel,
– basterdsuiker.
In de koekepan de helft van de boter smelten en bak daarin de stukjes appel lichtbruin en gaar. Neem ze uit de pan. Voeg de resterende boter toe en laat deze ook uitsmelten. Klop de eieren met melk, wut en suiker los, maar niet schuimig. Doe de helft van het eimengsel in de pan en bak het op matig vuur. Verdeel er na ongeveer een minuut de stukjes appel over. Schenk de rest van het eimengsel er nu over. Laat de onderkant goed stollen en keer de omelet met behulp van een deksel en bak de andere kant.
Laat de omelet ten slotte op een voorverwarmde schaal glijden. Strooi er kaneel en basterdsuiker over. Opdienen als zoet, warm nagerecht. Desgewenst kunt u deze omelet nog extra vullen met vruchtencompote of jam.