Spreekbeurt Haaien

haaiHaaien hebben evenals verschillende Afrikaanse en Aziatische roofdieren de weinig verheffende bijnaam van ‘menseneter’. Vporal in warme zeeen komt het nogal eens voor dat baders die te ver in zee gegaan zijn, door een haai worden aangevallen en gedood. Niet alle haaien vallen mensen aan, maar ze zijn wel allemaal uitstekende zwemmers met een geweldige kracht en een goed ontwikkeld spierstelsel. De sterkste spieren lopen van de kop van de haai tot de staartvin. Deze spieren leveren de voortstuwingskracht. De blauwe haai bijvoorbeeld duikt veel sneller dan de snelste duikboot. De haai is voortdurend op zoek naar voedsel. Ofze wel eens slapen, weet men niet. Ze schijnen steeds opjacht te zijn. De meeste haaien voeden zich bijna uitsluitend met vissen en andere zeedieren. Sommige soorten uit defamilie van de mensenhaai versmaden mensenvlees niet. Bijzonder gevaarlijk is bijvoorbeeld de tijgerhaai. Haaien leven bij voorkeur in tropische of subtropische zeeen. De haaien voor de Europese Atlantische kust zijn ongevaarlijk voor mensen. Daartegenover staat, dat haaien er niet voor terugdeinzen eigen soortgenoten op te eten.

KENMERKEN VAN DE HAAIEN
Het skelet bestaat niet uit botten, maar uit kraakbeen. De schedel bestaat helemaal uit kraakbeen. De kaken zijn aan de schedel bevestigd met eenvoudige spierbanden. De zeer stevige huid is bedekt. met schubben, die in het midden een uitstekend gedeelte hebben dat bedekt is met glazuur. De vinnen kunnen in even of oneven getal voorkomen: dus parig of onparig. De onparige vinnen worden onderscheiden in rug-, staart- en aarsvinnen. De parige vinnen worden onderscheiden in borst- en buikvinnen. De meest kenmerkende vin is de staartvin. De twee lobben van de staartvin zijn niet hetzelfde. Die aan de rugkant is groter dan de lob aan de buikkant. De rugvin wordt gesteund door de wervelkolom. De bek bevindt zich aan de onderzijde van de kop. De tanden van de haaien bevinden zich in enkele evenwijdige rijen in de kaken en ze worden bedekt door slijmvliesplooien. Langzamerhand, naargelang de buitenste tanden verbruikt worden en uitvallen, komt de binnenste rij naar buiten. Zo wordt er in feite een nieuw ‘gebit’ gevormd. De scherpe, maar niet erg grote tanden worden niet gebruikt om de prooi te verscheuren, maar om deprooi te grijpen, die heelhuids wordt ingeslikt.

DE HAAIEN WORDEN GEVANGEN OM:
Het vlees, dat vaak een lekkere geur heeft.
De huid, die gebruikt wordt voor de vervaardiging van
De lever, die traan bevat die rijk is aan vitaminen.
De vinnen, die gedroogd in de zon zeer gewild zijn;
De tanden, waar siervoorwerpen van worden gemaak

Soorten haaien

Hondshaai: Deze is anderhalve meter lang en teeft op modderige bodems. Hij voedt zich met weekdieren, schaaldieren en wormen. Het vlees van de hondshaai wordt in Noord-Europa gerookt gegeten en in Zuid-Europa vers, meestal hi de.vorm van plakjes. Het is een heerlijk gerecht. De huid wordt gebruikt om er het gevest van sabels mee te bekleden.

Voedsterhaai: Hij heeft een stevige maar toch soepele huid, die dan ook zeer geschikt is om er leer van te maken. Deze haai wordt ook wel langslaper genoemd, vanwege zijn traagheid. Hierdoor is hij een gemakkelijke prooi voor de vissers.

Hamerhaai: Deze is 4 tot 5 meter lang en dankt zijn naam aan zijn kop, die de vorm heeft van een hamer.
Hij is zeer bloeddorstig en erg gevaarlijk voor mensen. Deze haai brengt levende jongen ter wereld. De jongen van de hamerhaai worden geboren uit een ei dat rijpt in het lichaam van de moeder.

Walvishaai: Dit is de grootste van alle vissen. Hij kan wel 18 meter lang worden en 70 ton wegen. Zijn bek Jsevindt zich aan het uiteinde’ van de kop.’ Hij voedt zich met kleine vissen en met plankton. Hij leeft in diepe, warme wateren, waar hij zelden uitkomt. Hij heeft een enorme lever, waar men wel 400 liter levertraan uit kan halen.

Zeekat: Deze kan ongeveer 1 m lang worden en leeft op zanderige bodems in de nabijheid van de kust. Zijn huid, dient voor het polijsten van hout, ivoor en zelfs metalen.

Langstaarthaai of voshaai: Deze is 5 tot 6 meter lang en weegt zo’n 500kg.
Het schijnt dat hij zijn staart gebruikt om kleine vissen te vangen. Hij jaag’t ze schrik aan door met zijn staart het water in het rond te slaan, op een zodanige manier dat de vissen verschrikt bijeenscholen. Als dat eenmaal gebeurd is, spert hij zijn bek open en… hap.

Blauwe haai: Deze is ongeveer 4 meter lang en kan een snelheid ontwikkelen van 42 km per uur. Uiterst vraatzuchtig als hij is volgt hij de schepen zelfs tot in de haven. In de maag van een van deze haaien werd eens gevonden: het achtergedeelte van een varken, twee schaapshoofden en een hele hond met een dikke ketting om ziin nek.