Stukadoorswerk

Stukadoorswerk bestaat uit dunne lagen specie die als pleisterwerk worden aangebracht op muren en plafonds. Hierdoor ontstaan min of meer gladde en gesloten vlakken, die gemakkelijk te onderhouden zijn of kunnen dienen als ondergrond voor schilderen behangwerk. Bovendien zijn ze vochtwerend en -absorberend.

De ondergrond voor pleisterwerk kan bestaan uit beton of metselwerk of uit gaas (steengaas, stucanet) dat over een houten regelwerk of over balken en kolommen is gespannen.

Pleisterspecie wordt meestal samengesteld uit cement, zand, kalk en gips. Ook zijn er kant-en-klare mortels te koop, die alleen nog maar met water hoeven te worden vermengd (volgens de bijgeleverde gebruiksaanwijzing).

Raaplaag en afwerklaag

De eerste pleisterlaag die op metselwerk wordt aangebracht, is de raaplaag (de grondlaag). Ze wordt opgezet met het spaarbord en bijgewerkt met de raapspaan. Daarna wordt het vlak met een rechte, houten lat gelijk gemaakt (‘afgereid’). Een gladde ondergrond, bijv. beton, wordt eerst vertind. Hierbij wordt de specie met spaan of kwast tegen de wand geslingerd, waardoor ze in de poriën dringt en een ruwe aanhechting vormt voor de raaplaag. Ook gipsplaren kunnen vertind worden; meestal echrer krijgt dit materiaal alleen een afwerklaag.

Op de raaplaag kunnen diverse afwerklagen worden aangebracht. Schuurwerk is er één van. Het zogenaamde srerk schuurwerk ontstaat door de raaplaag onmiddellijk na het aanbrengen vlak re schuren met een raapof schuurbord. Fijn schuurwerk ontstaat door over de raaplaag een dunne laag schuurspecie aan re brengen. Deze speciesoort heeft dezelfde samensrelling als de specie voor de raaplaag, maar er is gips en vaak ook zilverzand aan toegevoegd.

Het zgn. witpleisrerwerk wordt gebruikt op wanden die een glad en dicht oppervlak nodig hebben en bestaat uit een mengsel van kalk en gips. Blauwpleisrerwerk ontstaat door de laag witpleisrerwerk zo dun mogelijk re houden; het is besremd voor muren die vlak en glad moeren zijn, bijv. omdat er larer behang op wordt aangebracht.

Sierpleisrer bestaat veelal uit een cementvrije pleisrermassa op basis van kunststof, in warer verdunbaar. De structuur wordt bepaald door de methode van aanbrengen, de korrelgrootte en de kleur.

Over het algemeen is het stukadoren van grorere oppervlakken geen werk voor de doe-het-zelver maar voor de vakman. De amareur kan zich het besre beperken tot het stukadoren van kleinere vlakken en tot het repareren van pleisrerwerk.