Inbraakpreventie is voor een groot deel een zaak van kleine, weinig spectaculaire voorzorgsmaatregelen, gebaseerd op een oude volkswijsheid: de gelegenheid maakt de dief.
Neem contact op met de plaatselijke politie. Die is niet alleen op de hoogte van algemene maatregelen tegen inbraak maar kent ook de meest voorkomende vormen van braak in een bepaalde stad of streek. Verplaats u vervolgens in de positie van een inbreker en ga na wat de zwakke punten van uw huis zijn en wat in dat huis voor een dief aantrekkelijk kan zijn.
Inbrekersmethoden
Dieven werken vaak in koppels. Vermoeden ze dat een huis verlaten is dan is een van hun favoriete methoden: aanbellen en kijken of er wordt open gedaan. Ook opbellen is in zo’n geval heel gebruikelijk; wordt de telefoon langere tijd niet opgenomen of spreekt steeds weer het antwoordapparaat dan weten de inbrekers dat het sein praktisch op groen staat.
De gemakkelijkste manier om een huis binnen te dringen is via een deur die niet (goed) op slot is. Een simpel slot is voor een insluiper vrijwel hetzelfde als geen slot. Ook openslaande ramen, kelderraampjes en wcraampjes zijn ideale punten om zonder veel moeite een huis binnen te komen.
Toegang bemoeilijken
Zorg voor stevige en goed bevestigde sloten en voor buitendeuren van massief hout. Beveilig ramen op de begane grond en op galerijen met traliewerk (kan heel sierlijk zijn), dieveklauwen, etcetera (zie Raambeueiliging). Haal al te dicht struikgewas weg; het is een ideale schuilplaats. Omgeef het huis desnoods met een hek en een goed afsluitbare poort. Voorkom indringing bij aanwezigheid door het installeren van een kijkgat met een lens van 180′ en van stevige grendels. Ook buitenverlichting en alarmsystemen schrikken inbrekers en indringers af. Zie ook Inbrekersalarm, Veiligheidsslot.
Hulp van derden
Zorg bij langdurige afwezigheid dat het huis er desondanks bewoond uitziet. Vraag een vriend of kennis zo mogelijk één keer per dag (maar op wisselende tijden!) langs te gaan en bijvoorbeeld de brievenbus te legen of enige tijd een auto voor de garage te parkeren. Koop een paar tijdschakelaars en stel die zo af, dat vanaf een bepaald uur in sommige vertrekken goed zichtbaar een paar schemerlampen branden. Spreek af dat iemand regelmatig het gras maait of de sneeuw ruimt. Vraag de buren een oogje in het zeil te houden; zo’n onderlinge afspraak kan ook buiten vakantie en langdurige afwezigheid om geen kwaad.
Trek geen onnodige aandacht
Probeer nooit de aandacht van potentiële inbrekers te trekken. Zet na de aankoop van een dure videotoren of huiscomputer nimmer het verpakkingsmateriaal bij het groot vuil indien u niet eerst de doos binnenstebuiten hebt gevouwen. Bewaar zo weinig mogelijk contant geld in huis. Indien u in huis kostbaarheden wilt verbergen (niet slim; een safeloket bij een bank is een veiliger plaats) doe dat dan nooit op plaatsen die u heel ingenieus voorkomen maar die een bootje inbreker uit ervaring kent: onder een matras, in een keukenkastje, achter de stortbak. Laat op zulke plekken desnoods wat geld en minder waardevolle sieraden achter -in de hoop dat dief en diefjesmaat de juwelen op de bodem van het aquarium over het hoofd zullen zien.