Wandbekleding met massiefhouten planken

Schroten zijn houten planken die met een messing-en-groefverbinding met elkaar verbonden kunnen worden, bijvoorbeeld tot een wandbetimmering. Ze zijn in allerlei houtsoorten verkrijgbaar. Sommige typen hebben een verlengde messing, waardoor zo’n schrootjeswand een ander effect krijgt. Bovendien kunnen ze horizontaal of, gebruikelijker. vertikaal worden aangebracht. Ook in de breedte kunnen schroten verschillen.

Schrootjes worden door middel van tengels tegen de muur bevestigd. Deze tengels (latten van 6 X 2 cm) worden op de muur samengevoegd tot een regelwerk. De schrootjes worden er tegenaan gespijkerd.

Bij muren die enigszins vochtig zijn, verdient het aanbeveling de tengels en de achtenijde van de

schrootjes eerst te meniën. Achter de schrootjes moet ventilatie plaatsvinden. Daar kan heel eenvoudig voor worden gezorgd door het regelwerk niet geheel aansluitend te maken en de schrootjes een paar centimeter boven de vloer(bedekking) te laten beginnen achter een zgn. terugliggende plint. Ook aan de bovenzijde wordt in dat geval een kier opengelaten. Ook kunnen in de naden tussen de schrootjes ventilatiesleufjes worden gezaagd.

Indien aan de schrootjeswand zwaardere voorwerpen bevestigd zullen worden (boekenplanken, hangkasten, etcetera), moet de plaats van deze voorwerpen van tevoren worden vastgesteld. Er zijn in het raamwerk immers extra tengels voor nodig. Dat is ook het geval voor uitsparingen in de schrootjeswand: doorgeefluiken, stopcontacten, enz.

De tengels aan de muur bevestigen met pluggen en schroeven of stalen spijkers.

De schrootjes worden op het tengelwerk vastgespijkerd met koploze nagels die schUin door de messing worden geslagen. Doordat de volgende schroot met de groef over de messing van de vorige gaat, verdwijnen deze spijkers uit het oog. Alleen in de  hoeken van een vertrek blijven een paar spijkers zichtbaar. Deze kunnen echter met een center worden verzonken en vervolgens met vloeibaar hout worden weggewerkt.