Verplichtingen die voortvloeien uit een overeenkomst moeten door beide partijen worden nagekomen. In een koopovereenkomst bijvoorbeeld verplicht de verkoper zich om iets te leveren en de koper om daarvoor een bepaald bedrag te betalen. Komt een van de partijen zijn verplichtingen niet na, dan pleegt hij wanprestatie, tenzij hij zich op overmacht kan beroepen. Voor de schade die door het niet nakomen van zijn verplichtingen ontstaat, is hij contractueel aansprakelijk.
Wettelijke aansprakelijkheid
Wie schade toebrengt aan een ander is in veel gevallen daarvoor volgens de wet aansprakelijk. Voor deze wettelijke aansprakelijkheid moet sprake zijn van een onrechtmatige daad, die de dader verweten kan worden (er moet dus sprake zijn van schuld) en waaruit schade of nadeel voortvloeit.
De financiële risico’s als gevolg van wettelijke aansprakelijkheid kunnen worden gedekt door een aansprakelijkheidsverzekering. Het spreekt vanzelf dat schade die iemand aan zijn eigen goederen toebrengt door deze verzekering niet wordt gedekt. Minder vanzelfsprekend is dat vrijwel alle polissen ook schade uitsluiten die iemand aan andermans goederen toebrengt die hij -op het moment van de schade -onder zijn berusting heeft. Een ander kan u dus wel aansprakelijk stellen voor door u veroorzaakte schade aan een geleende fiets, maar die schade is bijna nooit op de verzekering te verhalen.
Opzettelijk toegebrachte schade wordt ook niet vergoed, tenzij de dader een kind beneden de 14 jaar is. Wat dat laatste betreft, alle polissen bevatten de bepaling dat schade veroorzaakt door personen die niet kunnen weten wat ze doen vergoed wordt. Hierbij wordt met name gedoeld op schade door mensen die hun daden niet beseften, zoals door kinderen, geestelijk gehandicapten en demente personen. Als men zich bewust in een situatie begeeft waarin grote kans op schade bestaat, kan uitkering worden geweigerd. Hierdoor aanvaardt men namelijk het risico van schade en is er min of meer sprake van ‘eigen schuld’.