Eigenlijk betekent chipset: chips ontworpen om met elkaar te werken, en meestal verkocht als een geheel. Maar bij computers bedoelen we dan de northbridge en southbridge.
De northbridge verbindt de CPU met alle snelle componenten: geheugen, video kaart, PCI express, en southbridge. Soms heeft de northbridge functionaliteit geïntegreerd, typisch is dit dan een video kaart. Deze bridge wordt ook wel de memory controller hub (MCH) genoemd.
De southbridge verbindt de northbridge met de langzame componenten: USB, vroeger ISA, tegenwoordig PCI. Meestal heeft de southbridge on-chip functionaliteit zoals ethernet, seriele poort, muis, en audio. Deze bridge staat ook wel bekend als I/O Controller Hub (ICH).
Net als een moederbord, werkt een chipset maar met een beperkte groep van processoren. Omdat de chipset een centrale rol speelt voor alle communicatie, bepaalt hij voor een belangrijk deel de snelheid van de gehele PC.
Een van de meest crucial onderdelen is de front side bus , meestal afgekort tot FSB. De FSB is de verbinding tussen de CPU en de northbridge. De frequentie waar de CPU op draait is hoger; zij wordt bepaald door een clock multiplier (of bus/core ratio). We kunnen bijvoorbeeld een FSB hebben van 1066MHz, en een multiplier van5:2, zodat de CPU op 2.66GHz draait. Vroeger draaide de memory bus op dezelfde snelheid als de FSB. Maar tegenwoordig zit ook daar een (bus/memory) ratio tussen, van bijvoorbeeld 4:3 zodat het memory op 800MHz loopt. Merk op dat de snelheidsratio tussen CPU en memory daarmee 10:3 wordt; de CPU is dus ruim 3 keer zo snel als het geheugen waar hij elke klok-tik een instructie uit hoopt te halen!
Soms is er een back side bus. In dat geval zit het geheugen rechtstreeks aan de CPU in plaats van via de north bridge.