gordijnen

Glasgordijnen worden gemaakt van doorzichtige, lichte stof. Ze hebben een schuifje voor de roe en soms een hoofdje boven het schuifje. Overgordijnen zijn gewoonlijk van zwaardere stof, soms gevoerd en voorzien van haken.

Berekening metrageMonteer eerst de rail of roe. Meet vanaf de bovenkant van de rail tot de plaats waar de zoom moet vallen. Tel hierbij de toeslagen voor schuifje (omtrek roe + 1 cm speling), hoofdje (2x hoogte hoofdje + 1 cm) en zoom (5 à 10 cm voor glasgordijnen, 10 à 15 cm voor overgor.

Om de afgewerkte breedte te bepalen meet u de lengte van de roe of rail. Neem voor voldoende wijdte 2x deze breedte (3x voor doorzichtige en dunne stof). Tel hierbij de toeslag voor de zijzomen (4 cm voor glasgordijnen, 7 cm voor overgordijnen) en de naadtoeslagen (3 cm), als de banen aan elkaar worden gezet.

Deel de afgewerkte breedte door de breedte van de stof. Dit resultaat is het aantal benodigde banen. Vermenigvuldig de lengte per baan met het aantal banen.

Naden en zijzomenLeg de banen met de goede kanten op elkaar, de bovenste ca. 1 cm van de zijkant van de onderste. Vouw de uitstekende kant van de onderste laag over de bovenste en pers. Vouw beide lagen opnieuw en pers weer. Stik langs de kant van de binnenste vouw. Voor zijzomen van ongevoerde banen vouwt en perst u de zoomtoeslag; pers de zoomkant minstens 1 cm naar binnen om.

Bovenkant glasgordijnen

Pers voor een gewoon schuifje de rafelrand 1 cm naar binnen, vouw een zoom om. Stik de omgeperste kant vast. Bepaal voor een schuifje met hoofdje de hoogte als voor een gewoon schuifje en tel er de helft van de hoogte van het hoofdje bij. Pers de rafelrand 1 cm naar binnen, pers en stik. Stik daarna op de hoogte van het hoofdje.

Bovenkant overgordijnen

Het innaaien van plooiband: Vouw de uiteinden van het band 1 cm naar binnen om; stik de vouw. Leg het band op de goede kant van de stof, met de kanten 1 cm over elkaar. Stik op de kant. Vouwen pers het band op de verkeerde kant van de stof; zorg dat het band aan de goede kant niet zichtbaar is; speld vast. Stik op 1/2 cm van de onderkant. Schuif een l-pins eindhaak in beide einden. Steek de vier pinnen van een 4-pins plooibandhaak in aangrenzende holten; laat 2 à 4 holten tussen de plooien open. Strijk de plooien met de vingers plat.
Neem bij gebruik van gewoon verstevigingsband (het wordt in het hoofdje gestikt) 12 à 15 cm voor elke plooi met ongeveer 10 cm tussenruimte. Maak een plooi door de plooitoeslag in de helft te vouwen.
Stik vanaf de bovenkant van het hoofdje tot de onderkant van het band. Verdeel de plooi in drieën en pers. Stik over de onderkant of hecht de vouwen met de hand vast.

ZomenVouwen rijg de zoomtoeslagen, laat de gordijnen een paar dagen hangen. Maak ze daarna gelijk. Reken voor een enkele zoom 1 cm inslag.

Schuin de hoeken zorgvuldig af. Neem voor een dubbele zoom (bij dunne stoffen) de inslag zo breed als de zoom. Pers en naai ze vast.