Voor het vergrendelen van deuren, tUinpoortjes en dergelijke is een ruim aantal grendeltypen in de handel. De meeste ervan zijn op vrij eenvoudige wijze zelf aan te brengen. In het bijzonder geldt dat voor de verschillende modellen opleggrendels. Voor het monteren ervan, op deur of poort en op het kozijn respectievelijk de hekpaal, is niet meer nodig dan een schroevedraaier en eventueel een priem om de plaats van de schroeven te markeren.
Iets meer aandacht vraagt het aanbrengen van vergrendelingen die ook vanaf de andere zijde van een deur of poort bediend moeten kunnen worden. Een bekend type is de drukgrendel. Deze bestaat uit een metalen pal die aan de binnenzijde van de deur in een slot valt en die aan de buitenzijde uit die pal gelicht kan worden met behulp van een klink. Voor het aanbrengen van zo’n grendel is het nodig in de deur een gleuf op de juiste plaats te maken. Doe dit door eerst een aantal gaten te boren en deze tot een gleuf te verlengen met behulp van een beitel.
Een eenvoudiger uitvoering van dit type vergrendeling bestaat uit een metalen pal die in twee houders aan de binnenzijde van de deur rust en op één punt scharniert. De pal is uit een van de houders te lichten met een touwtje dat, 30-45 cm hoger in de deur, door een gaatje loopt. Een vergelijkbare constructie is mogelijk voor een zelfsluitende grendel, een heel geschikt type voor deuren en hekken die door kinderen niet geopend mogen worden.