Hout snijden

Kies een mes met een smal lemmet dat goed in de hand ligt, en slijp het vlijmscherp. Begin eerst met zachthout, bijv. vurehout, voor u eiken, noten of andere hardhoutsoorten gaát snijden. Teken de ruwe vormen van het werkstuk met een zacht potlood op alle kanten van het hout af, ook op de kopse kanten. Snijd het overtollige materiaál weg. Als de ruwe contouren van het werkstuk zich aftekenen, kan met de details worden begonnen.

Om te voorkomen dat het hout splijt moet altijd met de draad mee gesneden worden. Ga met het mes van het dikste gedeelte van het blok naar het dunnere toe. Maak gebruik van een snijstop om een scherpe hoek te maken of de lengte van de snede te controleren: druk het lemmet loodrecht in het hout, dwars op de draad, en snijd naar deze inkeping toe.

Maak geen te diepe sneden, maar schaaf overtollig hout beetje bij beetje weg. Snijd zoveel mogelijk van u af. Plaats voor de laatste afwerking uw duim op de achterkant van het lemmet als draaipunt. Als u naar u toe moet snijden, houd dan het heft van het mes met uw vingers vast en gebruik uw duim als steuntje.

Klem het te bewerken stuk hout bij voorkeur in een bankschroef of ander klemsysteem als u daarover beschikt. Dat werkt veiliger.