Het schoonmaken van een klein stukje voorruit mag misschien voldoende zijn om weg te kunnen rijden, het is volkomen onverantwoord met zo’n kijkgaatje aan het verkeer deel te nemen. Bovendien is het strafbaar. Met een klein beetje extra inspanning gaat u veiliger en comfortabeler op pad.
Begin met een bezem de sneeuw van motorkap en dak te vegen. Anders waait de sneeuw bij het optrekken van de motorkap tegen de voorruit en bij remmen vanaf het dak. Veeg vervolgens de sneeuw van de voorruit en verwijder het ijs eronder met een krabbertje. Gebruik bij een dikke ijslaag een spuitbus met ijsontdooier. Deze is op alcoholbasis en kan onverdund de lak van de auto beschadigen -voorzichtigheid is dus geboden. Maak de ruitewissers op dezelfde wijze ijsvrij, ‘evènals de koplampen, de zijruiten en de achterruit.
Nadat u enkele kilometers heeft gereden, begint de kachel al warme lucht voor de defroster te produceren. U kunt dan ook weer de ruitewissers en de speciale wintersproeivloeistof gebruiken om de voorruit schoon te houden.