Regels bij ontslag nemen of krijgen

Wilt u als werknemer ontslag nemen, dan kunt u dit vrij doen, mits u de opzegtermijn maar in acht neemt. De lengte hiervan is voor zowel werknemer als werkgever wettelijk vastgelegd, maar bij C.a.o. mag hier binnen zekere grenzen van worden afgeweken. Na beëindiging van de dienstbetrekking wordt er wat betreft loon, vakantiegeld en dergelijke een eindafrekening gemaakt. Daarnaast is de werkgever verplicht u een getuigschrift te geven. Bedenk dat u bij vrijwillig ontslag geen aanspraak kunt maken op een uitkering op grond van de Werkloosheidswet.

Ontslag krijgen
Uw werkgever mag u niet zomaar ontslaan: hiervoor moet hij eerst vergunning vragen aan de directeur van het Gewestelijk Arbeidsbureau. Pas als die er is, gaat de geldende opzegtermijn in. Een vergunning van het arbeidsbureau is niet nodig als u instemt met het ontsiag. Wees er echter voorzichtig mee een ontslag te aanvaarden; teken altijd protest aan. Dat is nodig om eventueel voor een WW -uitkering in aanmerking te komen.

Ontslagverbod
In de volgende gevallen kan een werknemer of -neemster niet worden ontslagen: wegens huwelijk; tijdens ziekte, als deze korter duurt dan 2 jaar; tijdens zwangerschap van de werkneemster en wegens de bevalling, en ook niet gedurende de 7de/m 12de week na de bevalling, wanneer zij haar werk inmiddels weer heeft hervat; tijdens de militaire!
dienst van de meerderjarige werknemer; tijdens de militaire dienst van de minderjarige werknemer die minstens 1 jaar bij het bedrijf heeft gewerkt; wanneer deze lid is van de ondernemingsraad. Deze bescherming wordt opgeheven bij faillissement van de werkgever -men kan dan in de genoemde gevallen net als de andere werknemers en -neemsters worden ontslagen.