Spreekbeurt over Ijsbeer

ijsbeerIJsberen hebben een zwarte huid met witte haren. De dikke vacht zorgt ervoor dat een ijsbeer het niet koud krijgt. De enige plaatsen waar geen haren groeien zijn op z’n neus, de kussentjes onder zijn poten en op de lippen. IJsberen hebben ook een dikke vetlaag die hen beschermt tegen de kou. Dankzij hun grote poten met scherpe nagels glijden ze niet uit op het gladde ijs. Aan de onderkant van die poten zitten korte, stijve haren.

Deze haren geven nog eens extra grip op het ijs. Bovendien beschermen ze de voetzolen tegen de kou. Tussen de tenen zitten zwemvliezen. Deze helpen de ijsbeer bij het zwemmen. Een ijsbeer kan zo’n 1,20 tot 1,50 meter hoog zijn en als hij op zijn achterpoten staat wel 2,5 meter.

Waar wonen ijsberen?
IJsberen leven in het noordpoolgebied. In de winter zijn de meeste ijsberen te vinden op het pakijs in de buurt van open water. Hier zijn dan ook dieren te vinden waarop de beren jagen. In de zomer smelt een groot gedeelte van het pakijs. De beren verspreiden zich dan over het noordpoolgebied. Sommige van hen leven dan zelfs een korte periode op het land, op de toendra’s.

Wat eten ijsberen?
IJsberen zijn roofdieren. Dit betekent dat zij andere dieren opeten. Soms eten ze vogels, vissen en eieren, maar het meest eten ze robben en zeehonden. Ze vangen deze dieren door hen bij de gaten in het ijs op te wachten. Hier komen de robben en zeehonden na een duik ademhalen. Ook als ze ‘s middags liggen te zonnen, lukt het ijsberen hen te vangen. Ze doden zeehonden door met de voorpoten hard op hun kop te slaan.

Als er weinig eten te vinden is voor ijsberen, trekken ze het noordpoolgebied door op zoek naar voedsel. Sommige ijsberen lopen tijdens hun leven wel een gebied door dat zes keer zo groot is als Nederland. De zomer is zo’n tijd dat ze weinig eten kunnen vinden. Ze leven dan voornamelijk op het land langs de kust. Hier eten ze bessen, wortels en kruiden. IJsberen kunnen dode walvissen en walrussen al van dertig kilometer afstand ruiken. Ook deze dode dieren worden door de ijsberen gegeten.

ijsbeer

Mijn familie en ik
Een mannelijke ijsbeer leeft meestal alleen. De vrouwtjes leven samen met hun jongen, totdat deze ongeveer drie jaar oud zijn. In de lente begint voor ijsberen de paartijd. Mannetjes gaan dan opzoek naar vrouwen zonder jongen. Aan de geur van het vrouwtje kan hij ruiken of het de juiste tijd is om met haar te paren. Na de paring gaat elke beer weer zijn eigen weg.

In de herfst graven de vrouwtjes een hol in de sneeuw. Zwangere vrouwen blijven de hele winter in dit hol. Ze houden dan een winterslaap. Na ongeveer acht maanden worden hier de jongen geboren. Een jonge ijsbeer weegt na de geboorte zo’n zeshonderd gram en is net zo groot als een rat. Na een maand gaan zijn ogen pas open. Hij heeft de eerste drie maanden weinig haren. Een moeder houdt haar jong(en) warm tussen haar voorpoten en lichaam.
Als de jongen drie jaar oud zijn, verlaten ze hun moeder. Zelf kunnen zij pas jongen krijgen op vijf jarige leeftijd.

IJsberen ‘praten’ met elkaar door het achterlaten van geuren. Ook maken ze geluiden. Ze kunnen brullen en schreeuwen als ze boos zijn.

vijanden van ijsberen
IJsberen hebben bijna geen natuurlijke vijanden. Heel soms worden ze op het land aangevallen door een groep wolven. Een veel grotere vijand is de mens! Vroeger werd er veel op de ijsberen gejaagd. Vooral hun vacht leverde veel geld op. Gelukkig is in 1973 afgesproken, dat niet iedereen meer op hen mag jagen. Alleen jagers die heel veel geld betalen mogen een ijsbeer afschieten. Ook worden vanaf die tijd grote stukken van hun leefgebied beschermd.

Vandaag de dag is er een andere, grotere bedreiging, namelijk het broeikaseffect. Doordat het op de aarde steeds warmer wordt, smelt het pakijs. Er komen steeds minder plaatsen waar de ijsberen kunnen jagen op robben en zeehonden. Ondanks dit alles is de ijsbeer nog geen bedreigde diersoort.

Wist je dat…
…ijsberen vaak alleen de huid, het vet en de ingewanden van hun prooi eten?
De spieren, het vlees, laten ze liggen. Poolvossen zijn dan ook regelmatig in de buurt van ijsberen. Zij eten de restjes op, die de beren achterlaten.

…een ijsbeer in gevangenschap niet zo ver kan lopen als zijn soortgenoten in het wild?
Dus loopt dat dier steeds heen en weer in zijn verblijf. Als een mens steeds heen en weer loopt, noemen we dat dan ook “ijsberen”.

…de verzorgers van ijsberen in een dierentuin proberen de dieren bezig te houden?
IJsberen in het wild zijn een groot gedeelte van de dag bezig met het zoeken naar voedsel. De dierverzorgers stoppen daarom het eten vaak in ijs en geven de dieren de hele dag door eten. Zo zijn ook de beren in de dierentuin lange tijd bezig met hun eten.