Spreekbeurt over Ooievaar

OoievaarEr zijn verschillende soorten ooievaars. De gewone ooievaar is de bekendste. Het zijn grote vogels met lange poten, een lange nek en een lange stevige snavel. De poten en de snavel zijn rood van kleur. De veren zijn zwart met wit. Ooievaars kunnen meer dan één meter hoog worden.

Er is bijna geen verschil te zien tussen de mannetjes en de vrouwtjes. Mannetjes zijn iets langer. Deze vogels zijn gebouwd om door ondiep water te lopen. Hun tenen zijn voorzien van zwemvliezen zodat ze stevig in het water kunnen staan.

Zwevers
Ooievaars vliegen met de hals naar voren gestrekt en de poten naar achteren gestrekt. Doordat de vleugels groot en lang zijn, kunnen ze goed zweven. Om te zweven maken ze gebruik van opstijgende warme lucht. Deze luchtstroom wordt thermiek genoemd. Zo kost het vliegen weinig moeite.

Kleptantes
De ooievaars maken een bijzonder geluid met hun snavel. Dit wordt ‘klepperen’ genoemd. Kuikens kunnen vlak na de geboorte al klepperen. Het klepperen met de snavel speelt een grote rol. Ze gebruiken het als begroeting naar hun partner als ze naar het nest vliegen, en ook bij het wegjagen van onbekende soortgenoten. Een ooievaar buigt bij het klepperen de hals en kop naar achteren. Hun snavel wijst dan omhoog. Als een ooievaar een vijand wil wegjagen, laat hij zijn vleugels zakken om ze daarna hoog op te heffen boven de rug. Dit op en neer bewegen wordt ‘pompen’ genoemd.

Waar leven Ooievaars?
Ooievaars zijn vaak te vinden in de buurt van ondiep water en moerassen. Ze broeden in de zomer in grote delen van Europa. Ook in Nederland leven ooievaars. In augustus vliegen ze in grote groepen naar Afrika om daar te overwinteren. In Europa is er dan niet genoeg voedsel te vinden. In maart komen ze terug. De route waarin de vogels vliegen is aangeboren. Jonge ooievaars vinden de weg naar Afrika ook zonder hulp van volwassen vogels. Slechts één op de tien ooievaars overleeft de eerste tocht naar Afrika. Veel ooievaars worden afgeschoten of botsen tegen elektriciteitsmasten.

Ooievaar

Wat eten Ooievaars?
De ooievaar vangt zijn voedsel meestal terwijl hij loopt door ondiepe moerassen, weiden en akkers. Hij grijpt de prooi door met zijn snavel snel toe te slaan. Onder water kan een ooievaar zijn prooi pakken door zijn snavel heen en weer te bewegen. Ooievaars eten alleen dierlijk voedsel. Op het menu staan regenwormen, insecten, vissen, knaagdieren, kikkers en reptielen.

Familie
Na de trek uit Afrika keren de ooievaars terug naar hun broedgebieden in Europa. In het algemeen vormen ooievaars paren voor het leven. Zowel het mannetje als het vrouwtje komen ieder jaar terug op het oude nest. Het mannetje komt enkele dagen eerder aan dan het vrouwtje. Elk jaar wordt er aan het nest gewerkt zodat het uiteindelijk erg groot wordt en honderden kilo’s kan wegen. Een nest is gemaakt van takken. Ooievaars nestelen in bomen of op hoge palen. Ook nestelen ze op rotsen of daken van gebouwen. Het nest is ook een broedplaats voor kleinere vogels, zoals mussen en spreeuwen; ze wonen in de onderste helft van het nest.

Braken
Voordat ooievaars paren lopen ze samen in kringetjes rond als paringsdans. Enige tijd na het paren legt het vrouwtje drie tot vijf eieren. Het broeden begint na het leggen van het tweede ei. Het mannetje en het vrouwtje wisselen elkaar met broeden steeds af. Na ongeveer 33 dagen komt het eerste ei uit. De ouders besteden veel aandacht aan het schoonhouden van het nest en het verzorgen van de jongen. Beide ouders zoeken voedsel voor de kuikens. Ze eten dit eerst zelf op. Bij het nest aangekomen laten ze de snavel zakken en braken het voedsel uit. De jongen happen het eten tijdens het vallen op of pikken het van de bodem van het nest. Het voedsel dat overblijft, gooit de volwassen vogel omhoog, vangt het weer in zijn snavel op en slikt het door. De ouders moeten dagelijks ongeveer 4 kg voedsel bij elkaar zoeken om hun kuikens te voeden.

Zwart voetje
Jonge ooievaars worden naakt geboren, maar hebben al snel nestdons en groeien snel. Ze zien er in het begin anders uit dan de volwassen dieren. Ze hebben een zwarte snavel en zwarte poten. De kuikens krijgen steeds meer witte donsveren. Na ongeveer zeven weken beginnen ze het vliegen te oefenen. Ze springen omhoog en slaan hun vleugels uit. Als ze tien weken oud zijn, vliegen ze uit. ‘s Nachts en soms ook overdag keren ze terug op het nest. Ze bedelen dan om voedsel. Ouders blijven de kuikens voeren totdat ze het ‘gebedel’ zat zijn. Vanaf dat moment moeten de jonge ooievaartjes zelf voor hun voedsel zorgen.

De laatste jaren neemt het aantal ooievaars weer toe. In Nederland is deze vogelsoort geen bedreigde diersoort meer. Mede dankzij speciale fokprogramma’s en herplaatsing van de vogels in het wild, is de ooievaar in Nederland er weer bovenop gekomen. In de landen waar ooievaars overwinteren lopen ze nog steeds gevaar. In Afrika wordt er in sommige gebieden veel op de vogels gejaagd. Ook sterven veel ooievaars als ze tegen elektriciteitsmasten vliegen. In sommige landen zijn witte bollen aan de elektriciteitsmasten gehangen. Zo zien ooievaars dat er een elektriciteitsmast in de weg staat.

Wist je dat…
… de ooievaar in het Duits en Fries geluksbrenger betekent?
De volksnaam van de ooievaar in het Duits en Fries is ‘Adebar’. Dit betekent ‘geluksbrenger’. Ook wordt er vaak gezegd dat als er een baby is geboren de ooievaar langs is geweest. Ooievaars zijn trekvogels. In het voorjaar keren ooievaars terug naar hun broedgebieden in Europa. Als men de ooievaar vroeger weer in het landschap zag, zag men ook weer nieuwe blaadjes aan de bomen en jonge dieren in de wei. Ze werden gezien als de brengers van het nieuwe leven.
http://www.nvdzoos.nl
http://www.vogelbescherming.nl