Washington

WashingtonWashington, de federale hoofdstad, draagt de naam van de eerste president van de Verenigde Staten, George Washington. Na de Onafhankelijkheidsoorlog kenden de tot de Unie toegetreden sta-‘ ten de functie van voorlopige hoofdstad eerst toe aan New York en vervolgens aan Philadelphia. Maar om rivaliteit tussen de twee grote steden te voorkomen en om de federale instellingen te kunnen plaatsen in een kader dat ze verdienden, besloot het Congres in 1787 om vanuit het niets een geheel nieuwe hoofdstad op te trekken. De plek die er in 1790 voor gekozen werd, precies op de grens tussen de noordelijke en zuidelijke staten, toont aan dat men allereerst een evenwicht tussen de politieke krachten nastreefde. D.e langs de monding van de Potomac te bouwen stad zou bovendien het voordeel bieden aan de kust gelegen te zijn zonder dat de verbindingslijnen met het binnenland te lang zouden worden.

Gelegen op een reeds vrij meridionale breedtegraad (39′ N.B.), heeft Washington zachte winters (6’C in januari) en warme, vochtige zomers (30,6’C in juli).
Het stadsplan werd in 1791 ontworpen door een Frans ingenieur, P. L ‘Enfant. In 1800 vestigden de president en het Congres zich in Washington, maar het duurde nog tot 1870 eer de stad officieel was afgebouwd.
Het stadsbestuur is menigmaal gereorganiseerd. Washington O.C. ligt in het District of Columbia, een federaal gebied van 174 km2 , dat door de staat Maryland moest wor-den afgestaan, en dat thans maar één afgevaardigde in het Congres heeft en geen enkele senator. De burgemeester wordt door de burgerij gekozen.
Sinds de New Deal, en vooral sinds de Tweede Wereldoorlog, is de federale macht sterk toegenomen, wat tot uiting komt in een wildgroei aan kantoren, lobby’s en researchcentra. Aangetrokken door de atmosfeer van vrijheid en de relatief hoge salarissen, stroomde de bevolking van het zuiden in groten getale toe. De stad heeft nu 607000 inwoners, het District 3 miljoen. De ruim opgezette woonwijken puilen thans het District uit: in het zuiden lopen ze door tot in Virginia (Alexandria) en in het noorden tot in Maryland. Het percentage zwarten in Washington (28% in 1940, 54% in 1960) was in 1980 tot rond de 80% opgelopen.
In het officiële stadsdeel wordt de bezoeker getroffen door de grandioze gebouwen en door de striktheid waarmee men het stadsplan heeft doorgevoerd: de noord-zuid straten hebben nummers, de oost-west straten letters, terwijl de diagonale avenues naar de staten van de Unie zijn vernoemd.
Het Capitool staat in het centrum van de stad; daar zetelen de twee kamers van het Congres, elk aan een kant van de reusachtige koepel. Een lang rechthoekig park, de MalI, aan de noordzijde begrensd door Constitution Avenue, aan de zuidkant door Independence Avenue, loopt in oost-westelijke richting vanaf het Capitool door tot aan de Potomac. In het midden ervan staat de marmeren obelisk van het Washington Monument en langs de rivieroever het gigantische standbeeld van het Lincoln Memorial. Aan de noordkant van de MalI ligt het uitgestrekte grasveld dat naar de ambtswoning van de president, het Witte Huis, leidt. Achter het Capitool verrijzen de gebouwen van het Hooggerechtshof en de Nationale Bibliotheek. De MalI zelf herbergt diverse musea. Een deel daarvan hoort bij de Smithsonian Institution (musea voor natuurlijke historie, technologie, ruimtevaart en kunst). Langs de rechteroever van de Potomac staat het Pentagon, het Amerikaanse ministerie van defensie. Men vindt er tevens de militaire begraafplaats Arlington.