Een dier behoort tot de zoogdieren wanneer de dieren worden verzorgd. Het dierenkind zuigt aan de speen van de moeder om melk te drinken. Dit is hoe het wordt gevoed. Mensen zijn ook zoogdieren.
Bij zoogdieren paren mannen met vrouwtjes. Dan beginnen de welpen in de buik van een vrouw te groeien. De moeder baart ze als een levende jongen, niet in eieren. Er leggen nog een paar zoogdieren eieren. Het vogelbekdier is een van die uitzonderingen.
De meeste zoogdieren hebben een haarlaag. Je lichaam heeft zijn eigen temperatuur, die altijd hetzelfde blijft. Een zoogdier is dus niet alleen zo warm of koud als de omgeving. Zoogdieren ademen met behulp van longen.
Zoogdieren zijn een klasse dieren. Samen met de vissen, vogels, reptielen en amfibieën zijn het gewervelde dieren. Dus je hebt een ruggengraat in je rug.
De zoogdieren omvatten niet alleen honden, katten, paarden, konijnen en muizen, maar ook walvissen en dolfijnen. Ze bevallen ook van levende juvenielen. Deze zuigen melk met de moeder. Walvissen en dolfijnen hebben geen vacht, maar een gladde huid.