Werkstuk Afrikaanse olifant

Er bestaan twee soorten olifanten, de Afrikaanse en de Aziatische olifant. De Afrikaanse olifanten zijn het grootst. Zij hebben ook grotere oren dan de Aziatische olifanten.

Aan het uiteinde van de slurf van de Afrikaanse olifant zitten twee puntjes, een soort ‘vingers’. Hun gerimpelde grijze huid is op sommige plaatsen wel 2,5 centimeter dik. De huid aan de binnenkant van de oren en rond hun bek is zo dun als papier. De volwassen mannen heten ‘stieren’ en de vrouwen ‘koeien’. Een stier kan wel 3,5 meter hoog zijn. De koeien worden maar zo’n 2,5 meter hoog. Een jong wordt een kalf genoemd.

afrikaanse olifant

Rare snuiter
Olifanten zijn slurfdieren. De slurf is een vergroeiing van hun neus met de bovenlip. Met hun slurf kunnen ze voelen, voorwerpen pakken, zand en water sproeien en ruiken. Met de slurf kunnen ze zelfs voorwerpen oppakken die zo groot zijn als een muntstuk! Bij het drinken, zuigt een olifant zijn slurf vol met water. Hierna spuit hij dat water in zijn bek.

De slagtanden
Zowel de vrouwen als de mannen hebben slagtanden. Ze gebruiken deze om naar water, zout en wortels te graven. Ook zijn ze handig om takken en omgevallen bomen te verplaatsen. Hierna halen ze daar de schors van af en eten die op. De slurf die voor de olifanten heel belangrijk is, wordt door de slagtanden beschermd.

De oren
De grote oren van de Afrikaanse olifanten werken vooral als koelelementen. Door de dunne huid van hun oren lopen veel bloedvaten. Hierdoor wordt lichaamswarmte afgegeven aan de lucht. Het bloed koelt dan iets af en stroomt terug het lichaam in. Op dagen dat het niet waait, zorgt een Afrikaanse olifant zelf voor wind. Hij gaat met zijn oren klapperen. Op deze manier kunnen zij dan toch afkoelen.

Waar leven Afrikaanse olifant?
Afrikaanse olifanten komen voor in Afrika ten zuiden van de Sahara. Ze leven in zeer verschillende gebieden. Zolang er maar water en veel planten in de buurt zijn. Er leven olifanten op de savannes en in moeras- en bosgebieden. In het westen van Afrika wonen zelfs olifanten in het tropisch regenwoud. Ze worden bosolifanten genoemd. Zij zijn iets kleiner dan de dieren van de savannes. Als er in een gebied weinig voedsel te vinden is, gaan de olifanten opzoek naar betere plaatsen.

Wat eten Afrikaanse olifant?
Op de savannes eten Afrikaanse olifanten van struiken, bomen en grassen. In de tropische regenwouden vullen zij dit menu aan met vruchten. Met hun slurf kunnen ze niet alleen voedsel van de grond rapen, ook bladeren die op zes meter hoogte zitten worden geplukt. Per dag kan één volwassen dier 150 kilo aan planten eten. Af en toe eet een olifant aarde. Op deze manier krijgen zij de zouten binnen die ze nodig hebben.

afrikaanse olifanten

Een Afrikaanse olifant drinkt ongeveer tachtig liter water per dag. Dit doen ze meestal maar op één moment van de dag. Ze kunnen wel een paar dagen zonder water. Als er geen plassen of rivieren in de buurt zijn, zoeken ze naar water in de grond. Met hun slagtanden graven ze dan een kuil tot ze water vinden. Andere dieren hebben dan ook dankzij de olifanten een drinkplaats.

Familie
Afrikaanse olifanten leven in familiegroepen. Het oudste vrouwtje heeft de leiding. Bij de groep horen haar zussen en dochters met hun kalveren. Binnen deze kudde gelden gedragsregels en raken de dieren elkaar veel aan. Hierdoor ontstaan er weinig ruzies. Niet alleen de kalveren worden beschermd door de groep. Ook zieke of gewonde dieren krijgen steun. Jonge mannetjes van twaalf jaar oud, moeten hun geboortegroep verlaten. De stieren leven daarna meestal alleen of sluiten zich voor een korte periode aan bij een familiegroep. Soms leven stieren in een groep bij elkaar.

Een vrouwtje krijgt haar eerste kalf als zij ongeveer 13 jaar oud is. Na een draagtijd van 22 maanden wordt een jong van ongeveer honderd kilo geboren. Het kalf drinkt drie jaar lang moedermelk. Bij olifanten zitten de tepels tussen hun voorpoten, net als bij mensen. Het jonge dier moet heel wat oefenen voordat het zijn slurf goed kan gebruiken. De eerste maanden gebruikt het kalf zijn slurf dan ook niet. Het drinken doet het nog niet met de slurf, maar met zijn mond. De hele kudde helpt bij het opvoeden van de kalveren. Een koe kan eens in de vijf jaar een jong krijgen.

De Afrikaanse olifant kan heel lage geluiden maken. Mensen kunnen niet al deze geluiden horen. De olifanten zelf horen elkaar op kilometers afstand. Als zij schrikken of aanvallen laten zij een luid trompetteren horen.
Een volwassen olifant heeft geen natuurlijke vijanden. Soms probeert een groep leeuwen of hyena’s een kalf te vangen. Zodra het kalf beschermd wordt door zijn kudde, hebben de roofdieren geen schijn van kans meer.
Een veel gevaarlijkere vijand is de mens! Afrikaanse olifanten zijn veel gedood vanwege hun slagtanden, het ivoor. Ivoor was meer waard dan goud! Ook vandaag nog valt er geld mee te verdienen. Een ander probleem is dat er in Afrika steeds meer mensen komen. Er is dus grond nodig voor de uitbreiding van steden en akkers. Hierdoor blijft er weinig leefgebied over voor de Afrikaanse olifant.

De Afrikaanse olifant wordt nu beschermd. Er mag niet meer op hen gejaagd worden en veel olifanten leven in beschermde gebieden, reservaten genoemd. Hier werken mensen, die proberen te voorkomen dat stropers hun slag kunnen slaan. Helaas lukt dat niet altijd.

Wist je dat…
… de haren aan het uiteinde van hun staart de dikste haren zijn in het dierenrijk?
… een Afrikaanse olifant vijf keer wisselt van kiezen?
Doordat ze 16 uur per dag bezig zijn met eten, slijten hun kiezen snel. Elke ‘nieuwe’ kies is groter dan zijn voorganger. De laatste kies is ongeveer zo groot als een baksteen. Wanneer deze versleten is, kan een olifant zijn voedsel niet meer kauwen. Dit gebeurt meestal als een olifant tussen de vijftig en zestig jaar oud is.
… een Afrikaanse olifant soms roodbruin of bruin lijkt van kleur?
Dit komt omdat ze regelmatig een bad nemen in een modderpoel of in gekleurde aarde. De modder beschermt ze tegen de felle zon en beten van insecten.
… het is niet bekend is hoeveel spieren er in een slurf zitten?
Het aantal wordt geschat op 150 000 spieren.