Als grote uithollingen in de grond door water worden gevuld, worden hierdoor meren gevormd. Het grootste meer in de wereld is zo groot, dat het een binnenzee wordt genoemd. Dat is de Kaspische Zee in het zuiden van Rusland. Vaak worden meren hoog in de bergen gevonden. Het Titicaca-meer in het Andesgebergte is een van de hoogstgelegen meren in de wereld. Het Baikal-meer in Siberie is het diepste meer. Het is ruim 2000 meter diep. Meren zijn op verschillende manieren ontstaan. Sommige zijn lang geleden door ijslagen gemaakt, die gaten in de grond uitschraapten. Sommige meren werden gevormd in de uitgeholde toppen van oude vulkanen. Soms werd een meer gevormd als een rivier door lava uit een vulkaan geblokkeerd werd of door de grond die van een heuvel afgleed.
Het leven in en bij de meren
Veel planten en dieren leven in de meren. Andere leven langs de oevers. Het hoge gras dat rond meren groeit, voorziet vogels van een goede behuizing. Reigers leven bij de meren. Ze gebruiken hun lange snavel om vis uit het water te graaien. De fuut duikt naar vis. Kikkers en padden leven ook bij het water. Ze voeden zich met insecten.
Sommige meren hebben niet veel levensvormen. Een meer, de Dode Zee, is voor dieren te zout om in te leven. In droge landen ontstaan er ondiepe meren na regenval. In de warme zon drbgen deze meren weldra op.